Om op deze pagina te zoeken kunt u gebruik maken van de zoekfunctie van uw browser (Ctrl-F)

Naam van de boerderij: Erve De Vos van Steenwijk.

Huisnummer 1807: 21

Huisno. 1826: 14

Ligging: Kerkbuurt

Kadastrale ligging 1832: De boerderij bestaat niet meer; het huis heeft in het kadastrale perceel C 320>564 gestaan

Dijkboek zeedijk: no. 87 en 91: het erve; no. 95 het Engelse Weytien gr. 4 dm.; no. 98 Coosmanslandt, gr. 7 dm.

1486: Uit een stuk uit 1703, [zie aldaar] blijkt dat één of meer van de Geestelijke instellingen te Kampen een rente of uitgang hebben gekocht, in 1703 groot 11 Gg. p.j., en gaande uit 'een sate lande besuden de kercke' en t.l.v. Welmoed, wed. van Harmen Coenen, Lisebeth en Nalken, dochters van dit echtpaar en Jan en Wolter Harms, broers van Harmen Coenen. Belend ten Z. Hugo Weggen, ten N. de erfgen. van Hendrik van den Rutenberch, ten O. de Dwarsgrafte en ten W. de Zee. Dit perceel is tevens nog bezwaard met een uitgang van een ton boter en een kese. Uit het stuk van 1703 blijkt dat het hier gaat om land dat in 1703 tot de erven De Vos van Steenwijk en de wed. Van Dompselaar behoort en het Smalle weer bij het erve van secretaris Hoff.[1]

1553: Uit een stuk uit 1703, zie aldaar en 1486, blijkt dat één of meer van de Geestelijke instellingen te Kampen een rente of uitgang hebben gekocht, in 1703 groot 5 Gg. p.j., en gaande uit 'Echtens arve gen., besuden de kerck waervan in dato 1553 Wicher toe Hansen of Wicher Vos over erve en sate lants, gr. 18 dm., n.b. dit zijn dubbelde dagmaten, gelegen in 4 campen belend ten Z. en N. Willem Jacobs, ten W. de Zee en ten O. de Dwarsgrafte' [in 1707 is dit erve eigendom van De Vos van Steenwijk].[2]

1662-1703: uit Sloetsgoed, ook gen. Echtensgoed, ontvangt de stad Kampen, als beheerder der ecclesiastique goederen, jaarlijks op Martini een uitgang van 22.8 Cg. Dit wordt betaald met 20.16 Cg. Als betalers worden vermeld: van 1662-1669 Hendrik Isebrands; van 1670-1677 Albert Clasen; van 1683-1686 Jacob Meinen bij de kerk in het Echtenshuis; in 1687 Hendrik Lute Hake [?]; in 1688 Pauwel Reinerus; in 1689 Claas Rijkelds en van 1691 tot 1703 vrouw scholtinne.[3]

1675: no. 36: Henderijck Carsten, 1 vst., 2 pers., 0 db., 500 Cg.of

no. 41: Albert Clasen Kuper, 1 vst., 2 pers., 1 db., 250 Cg.

1681: 28.02.1681; Rekest van Hendrik Carsten Cuijper aan de Drost van Vollenhove. Klacht van Cuijper: de pachters van het gemaal te Blokzijl hebben hem aangehouden en verzocht accijns te betalen over het brood dat hij te Muggenbeet en Blokzijl afleverde. Uitspraak: de pachters moeten Cuijper ongestoord door laten en de accijns moet worden betaald, daar waar het brood wordt geconsumeerd.[4]

1682: no. 25: Hendrijk Cesten, 1 vst.

1694: no. 39: Hendrik Carsten [Visscher] gebr. het erve van de Hoogedelgebr. Heer van Havixhorst [R. de Vos van Steenwijk]; 750 /2.5 Cg.

1701: no. 38: idem, 2 Cg.

1703: Lumina van Hoogstraten, wed. van de schout Reinder van Dompselaar heeft na de storm van 1702 haar erve, ten Z. secretaris Hoff en ten N. Hr. Reijnt de Vos van Steenwijk toe Havixhorst geabandonneerd; meijer is Roelof Wolters Koolhof. Omdat de Heren van Campen p.j. 20.16 Cg. als renteheffers uit dit erve ontvangen [zie 1486 en 1553; de uitgang van 1486 heeft betrekking op de erven van De Vos van Steenwijk, Hoff en de wed. Van Dompselaar, de uitgang van 1553 gaat alleen uit het erve van De Vos van Steenwijk], proberen de ingelanden van Blankenham een deel van de kosten voor het dijkherstel voor rekening van de renteheffers uit Kampen te laten komen. Of dit is gelukt wordt niet duidelijk.[5]

1704: 31.07.1704; De Hr. Reint de Vos van Steenwijk toe Havixhorst als 1e in noordelijke richting naastgeland aan het verlaten erve van de wed. scholtinne Dompselaer. Vermoedelijk staat het huis leeg.

- idem, Hendrik Karsten Visscher als 2e in noordelijke richting naastgeland aan het verlaten erve van de wed. scholtinne Dompselaer[6].

1707: dbno. 87, 91: De Heer Vos van Steenwijk tot Havixhorst.

95, 98: Hendrik Karsten Visscher.

1708: 25.12.1708; Hendrik Karsten Visscher en hv. Jantje Gossen verkopen hun huis en hof aan Jan Jansen [Kuiper] voor 178 Cg., belend ten N. de weem en ten Z. huis en werf van Hr. de Vos van Steenwijk.[7]

1710: 30.10.1710; De kwestie van het 'zevenschap' over de geabandonneerde dijk van het Dompselaarserve speelt nog steeds. Reint de Vos is inmiddels overleden; zijn zoon Jan Arend is nu zeven en wordt vertegenwoordigd door Mr. Teunis Volkerts.[8]

1710-1712: ½ hakenlant en Arend Jacobsweitien geabandonneerd door Hendr. Kersten, restant 17 en 15.15 Cg. p.j. over 1710, 1711 en 1712.

1712: erve vrou van Havenshorst, meijer Herm Jochems, restant 43 Cg.

1717: geen vermelding.

1723: no. 37: Harmen Jochems, 2 pers.

1725: no. 36: idem.

1732: 31.08.1732; Harmen Jochems, wed. van Evertien Aalten, alhier, en Geertien Dirks, j.d. van Scherpenzeel, trouwen op deze datum te Blankenham. In ieder geval is erve Klaverswerf op no. 11 vanaf 1733 in gebruik bij dit echtpaar.

1733/1737: no. 25: de Hr.Vos, 1 vst.

1734: -

1738: -

1746: 11.07.1746; J.A.G. de Vos van Steenwijk heeft aan Mr. Wagter en hv. een huis verkocht, met 3 Roeden grond aan weerskanten van het huis voor de somma van 100 Cg.; [het gaat om het huis uit 1708].[9]

1747: 02.03.1747; Baron de Vos van Steenwijk toe Nijerwal verkoopt aan Balthasar baron van den Clooster toe Benthuis, colonel-commandeur een geheel erve lands gelegen bij de Blankenhammer kerk gebr. door Mr. Jan Wagter alsmede 1/3 part van 24 dm. Osseland en de ½ van 5 dm. Bestemoersland, alles in dit schoutambt gelegen.[10]

1750: Mr. Jan Wachter, 10e Kl., 4 pers., 8 Cg.

1750: 11.06.1750; Baron van den Clooster verkoopt het erve weer aan baron de Vos van Steenwijk toe Nijerwal.[11]

1750: De Vos van Steenwijk tot Nijerwal, 1200 Cg.

1752: no. 21: Jan Wagters, 1 vst.

1758: dbno. 87, 91: De Heer Landdrost.

95: het Carspel van Blankenham.

98: de erfgen. van Hermen Gerrits.

1764: no. 22: Mr. Jan Wagter, 3 pers.

1765: no. 22: idem, 4 pers.

1767: no. 21: idem, 3 pers.

1776: Jan Wagter, >60 jr.; mannen >16-60< jr. 2; P 2; W 1.

1777: dbno. 87, 91: De Heer Drost van Vollenhove.

95: het karspel Blankenham.

98: de erfgen.van Hermen Gerrits.

1781-1782: wed. Jan Wagter [Hiltjen Sjoerds de Vries], verp. 39 Cg.

1785: dbno. 87, 91: Thijs Alberts en Jacob Kok c.s.

95, 98: de diaconie van Blankenham.

1784: Waarschijnlijk is Jacobje Willems per 01.05.1784 op het erve gekomen; in 1783 zit zij samen met haar zuster Kleisje op het erve Otto van Rechteren.

1787-1788: Jakoopien Willems, verp. 43 Cg.

1790: 25.11.1790; Thijs Alberts en hv. en Jacob Jans Kok en hv. kopen van de fam. De Vos van Steenwijk het Drostenland.[12]

1795: no. 36: Jacobjen Willems, melkboerin, J.W., 3 pers.

1798: Jacobjen Willems, 46 jaar; Jan Hendriks Kock, 29 jaar.

1800: no. 21: Jacobjen Willems, R>2jr.: 12; <2jr.: 9; opbr.1.13 Cg.

1803: Hendrik Everts [Loen], knecht, jaarloon 56 Cg.en Marigje Hermens, meid, jaarloon 30 Cg.

1803: Jacobje Willems; getaxeerd vermogen 1400 Cg.

1804: dbno. 87, 91: Thijs Alberts, Jacob Kok, de pastorie en het Carspel van Blankenham.

95, 98: de diaconie van Blankenham.

1804-1807: De afkooppenningen voor de dijkplicht worden betaald door Thijs Alberts voor de nummers 87, 91.

1805: Jacobjen Willems.[13]

1807: no. 21: Johannes Wagter eigenaar, een huis, schuur en warf.

- achter no. 20, Jacob Kok eigenaar, 13 dm. weideland bezuiden huis no. 20 [Drostenland].

1807: 01.05.1807; Johannes Wagter heeft per 06.02 aan Thijs Alberts een huis, schuur, werf en hof met 3 Roeden grond aan weerskanten van het huis verkocht, belend ten Z. Volken Jans en ten N. de wed. Pelle Romkes voor de somma van 450 Cg. Waarschijnlijk zal Meine Klasen van Veen, schoonzoon van Thijs Alberts van Dijk per 01.05.1807 Jacobje Willems zijn opgevolgd.[14]

1808: Menno Klasen, een karnmolen.

1809: no. 21: Meine Klaasen [van Veen], 5 pers., geref.

1811: Meijne Klasen {van Veen}, paysan, geb. dat. 8.10.1774.

1812: Meine Klasen, 3 Cg.

1812: idem, 6e klasse, 6 francs, 30 centimes.

1814: 6.01.1814; Meine Klazen van Veen, 40 jaar, gehuwd, 3 kdn., geen wapen, boerderij doende.

1814: Meine Klazen, P: H 3-4jr.2; M 3-4jr.1.

1815: no. 21: Meine Klaasen van Veen, 5 pers.

1816-1817: idem; Gest.vee: Pi3; Aanw.: Mk.14; P1; Gr. erve 55 dm.

1818: no. 21: Meine K. van Veen; R<2jr.11; >2jr.14; P<3jr.1; >3jr.1.

1819: no. 21: idem, R<2jr.11; >2jr.16; P<3jr.2; >3jr.1; S2.

1822: no. 21: -

1825: geen vermelding.

1829: 10.10.1829; Akte van scheiding tussen Hendrik, Femmigje, Klaas en Geesje Thijssen van Dijk als kinderen en erfgen. van Thijs Alberts van Dijk en Jacobje Jans, alle wonende te Blankenham: Het deel van Klaas Thijssen van Dijk bestaat uit o.a. de navolgende met name genoemde percelen:

21) de Weide, gr. 2½ bunder [C 310].

22) een stuk land, gr. 1 bunder [C 309, de Streek, het Drostenland of Hadingeweer].

23) een stuk land, [C 302-308, de Streek, het Drostenland of Hadingeweer].[15]

1831: 10.3/28.04.1831; Geesje Jans Koning, wed. van Jacob Jans Kok en haar dochter Elisabeth e.v. Hartman J. Donker verkopen o.a.het navolgende:

7) het Drostinneland met de polderdijk erbij behorende, gr. 4 b., belend ten W. H. Donker, ten O. de Gragte, ten Z. de diaconie en ten N. Kl.Th. van Dijk [C 327-333]. De percelen 7 en 8 worden gekocht door Hendrik van Dijk voor fl. 748,-.[16]

1832: Huis en erf van Jan Jacobs Aaten.

1840: no. 14; Jan Aaten, geb. Steggerda, 47 jr.veehouder;

en hv. Lisabeth Genemuiden, geb. Blankenham, 44 jr., 8 pers.

1869: 15/25.01.1869; De erven Hendrik Thijssen van Dijk en Klaas Geerts Steenbeek verkopen o.a. de Voorste Drostinne, kad. C 327 en de Achterste Drostinne, kad.C 328.[17]

1876: 26.10.1876; Bij de scheiding van de nalatenschap van Klaas Thijssen van Dijk en Jannisje Johannes Samplonius komen o.a. de volgende met name genoemde percelen voor:

23) de Streek achter de Kerk, C 306-312.

O.a. nummer 23 heeft hij in het jaar 1829 van zijn ouders geërfd.[18]

1880: 06.04.1880; Jan Rommerts Brandsma verhuurt o.a. de Twee Mat, kad. C 309.[19]

1894: 08.03.1894; Wietse Hendriks van Dijk c.s. verkopen o.a. enkele stukken land, gen. Drostinnen, kad. C 329-333.[20]

1897: 07.10.1897; Jan Klazen van Veen verkoopt o.a. een perceel land, gen. Drostinne, kad. C 326, belend ten N. door de Armvoogdij Scheerwolde.[21]


[1] GAK, LVAK 2: 10.08.1703, stuk handelt over o.a.1486. Bij Don deel 2 niet aangetroffen.

[2] idem, LVAK 2: 10.08.1703, stuk handelt o.a. over 1553. Bij Don deel 2 niet aangetroffen.

[3] GAK, OA 1883 no. 44: 1662-1669.

- OA 1884 no. 44: 1670-1688.

- OA 1885 no. 44: 1684-1689.

- OA 1886 no. 44: 1684-1703.

[4] HCO, DAV 2688: 28.02.1681.

[5] GAK, LVAK 2: 10.08.1703.

- HCO, SA 5010 stuk 10348: 23.07.1703.

[6] HCO, SA 5010 stuk 15594: 31.07.1704.

[7] idem, 5012 stuk 15927: 25.12.1708.[dit stuk vormt een retroacta bij de akte uit 1746].

[8] idem, stuk 15675: 30.10.1710.

[9] idem, RA K./B. 2898 fol. 165: 11.07.1746 [zie ook het stuk uit 1708].

[10] idem, fol. 170: 02.03.1747 [het betreft hier een schijnaankoop, noodzakelijk vanwege de verplichting om minimaal 25.000 Cg.aan onroerend goed te bezitten om zitting te kunnen nemen in de Ridderschap van Volhove en namens dit gezelschap in de Ridderschap en Steden van Overijssel].

[11] idem, fol. 211: 11.06.1750 [de schijnaankoop van 1747 wordt ongedaan gemaakt].

[12] HCO, RA K./B.2892 fol. 90: 07.10.1808 aangaande een kwestie tussen Thijs Alberts en Jacob Kok over het mandelige Drostenland/ Drostinneland door beiden aangekocht op 25.11.1790. De desbetreffende aankoopakte ontbreekt in het Rechterlijk Archief van Kuinre/ Blankenham.

[13] idem, OAY 294: 05.11.1805.

[14] idem, RA K./B. 2907 fol. 61vo.: 01.05.1807.

[15] idem, Notarissen 2514 akteno. 1422: 10.10.1829.

[16] HCO, Notarissen 2516 akteno. 1555/1560: 10.03/28.04.1831.

[17] HCO, Notarissen 2563 akteno. 614/615: 15/25.01.1869.

[18] idem, 2570 akteno. 1211: 26.10.1876.

[19] idem, 2577 akteno. 75: 06.04.1880.

[20] idem, 2591 akteno. 1149/1151: 08.03.1894.

[21] idem, 2594 akteno. 1283/1284: 07.10.1897.