Cookieverklaring

Deze site gebruikt cookies om de beste ervaring te garanderen. Door deze website te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik ervan. Lees meer over ons privacybeleid.

Om op deze pagina te zoeken kunt u gebruik maken van de zoekfunctie van uw browser (Ctrl-F)

Naam van de boerderij: Beukers/Klaas Koops.

Huisnummer 1807: Huis is afgebroken.

Ligging: Noordeinde

Kadastrale ligging 1832: Het huis stond waarschijnlijk in B 82

Dijkboek Zeedijk: no. 9 Claas Coopsweyde van 3 van de 14 dm.; no. 11 Claas Coopslandt 6 dm.; no. 22 het erve; no. 25 het erve; no. 26 van de beide halve landen en de weide, groot 12 dm.; no. 27 Claas Coopslandt 14 dm.

1504/1505: De rentmeester van Vollenhove ontvangt 'jairlix vande erffgenaemen ind naecomelinge van Herman Boeker uth hoffstede end lande, gelegen inden Blanckenham by Ysselhamminger-zyll ½ vat botter'.

- idem 'dieselve jairlix 4 keesen'.

- idem 'dieselve erffgenaemen...jairlix van die visscherie in den vurseyden zyll 4 oilde Vlm.= 6 s.' [schilden].[1]

1592-1594: De erfgen. van Hermen Boedeker bij Isselhammingerzyl betalen een uitgang van 6 grove groene kazen uit hun erve aan het Landrentambt van Vollenhove. Deze drie jaren betaald met 2.8 Gg.[2]

1601-1627: zie 1592-1594; nu betaald met 1.16 Cg. p.j.[3]

1628-1644: zie 1592-1594; de uitgang wordt nu betaald door Pieter Kempen, Evert Gerrits en de erfgen. van Grebber Jacobs.[4]

1645-1674: zie 1592-1594; de uitgang wordt in deze jaren betaald door Peter Huigen in 1640, Jan Peters Kempen, in 1643 Jan Peters Huigen, Jan Willems, Karst Tyssen en Jacob Jans Grauwen. Vanaf 1650 staat het te boek als Hugo Peters en Peter Peters in den Blanckenham en vanaf 1664 wordt er 7.10 Cg. p.j. als uitgang betaald.[5]

1646: De ontvanger der ecclesiastique goederen van Kampen ontvangt vanwege de Bovenkerk uit Coop Cnelisgoet jaarlijks een uitgang van 7« Gg., te betalen met 10.10 Cg., wordt betaald met 9.15 Cg.; betaler nu Jacob Jans Isebrants op 04.06.1657 over 1656.

- De ontvanger der ecclesiastique goederen van Kampen ontvangt vanwege het Weeshuis uit Claas Coopsgoet een uitgang van 7« Gg.; deze uitgang is gesplitst in twee delen van 5.05.Cg. welke worden betaald met 4.17.8 is in totaal 9.15 Cg. Betalers van het 1e part Claas Clasen Rentinck in de Syel, nu Jacob Taetjens, nu Lawe Jacobs en in 1656 betaald Boer Jacobs over 1655. Het 2e part wordt betaald door Jan Gerrits, nu Tyde Cuypers, nu Hendrik Jansen, nu Jan Willems en op 05.06.1657 is Peter Peters Hughen betaler over 1654-1656.[6]

1657: De uitgang, zie 1646, wordt betaald door Tijs Pieters te Blokzijl, nu Jacob Jansen Isebrands, nu Isebrand Jansen. Betaald in 1671 over 1665 met 9.15 Cg.

- Het 1e part van de uitgang, zie 1646, wordt in 1656 betaald door Boer Jacobs>Claas Willems>Harm Clasen en in 1668 over 1667 door Evert Harms.

Het 2e part wordt door Peter Peters betaald; beide parten à 4.17.8 Cg. is 9.15 Cg.[7]

1662-1703: uit Jan Ottengoet ontvangt de stad Kampen, als beheerder der ecclesiastique goederen jaarlijks een uitgang van 34 Cg. De uitgang is gesplitst in twee delen; I 20.6 Cg. wordt betaald met 18.17 Cg. en deel II à 14 Cg. wordt betaald met 13 Cg.

Als betalers worden vermeld voor I Tijs Peters, nu 1670 burgemr. Harm Tijssen Beuker te Blokzijl; Beuker bet. 19.05.1701 over 1700; 13.07.1702 over 1701 de mombers voor de kleinkinderen.

Als betalers voor deel II worden vermeld Isebrand Jans tot 1670, daarna burgemr. Harm Tijssen Beuker te Blokzijl; zie verder hiervoor.[8]

1666/1667: De kerk te IJsselham beschikt in Blankenham over de volgende percelen land die voor 1 jaar worden verpacht aan:

[de vermelding onder a jaar 1666/1667, onder b pachtprijs en getaxeerde waarde in 1669]

a Vier dm. daarnaast gelegen, aan Cornelis Herms voor 12.14 Gg.

b idem, laatst Peter Henrix, nu Peter Bartels voor 8.14 Gg.

de getaxeerde waarde van dit perceel is 400 Gg.[9]

1670: Claes Coops p.j. 9 Gg. uit zijn goed in de Kuinre [!] t.b.v. het St. Geertruids- en Catharinagasthuis.[10]

1670-1703: uit Elsinckxgoet ontvangt de stad Kampen, als beheerder der ecclesiastique goederen jaarlijks op Petri een uitgang van 14.6 Cg.te betalen door Claas Coops. Als betalers worden vermeld van 1670-1677 Gerrit Clasen Mastenbroek te Blokzijl; 1684-1686 Gerrit Mastenbroek of Kortrijk; 1687 Claas Gerrits c.s.; 1690-1698 Claas Tijmens te Blokzijl; 1699-1701 Elsien Gerrits [Kortrijk]; 1702 nu door Hendrik Bloems aangekocht.[11]

1675: no. 20; IJssebrant Jans, 1 vst, 2 pers., 1 db., 750 Cg.

1676-1803: De uitgang aan het Landrentambt staat nu te boek als Peter Hoegen en [de kinderen van] Gerrit Hoegen als eigenaar en gebruiker van hun goed bij de Landgraftsziel 6 grove groene kazen p.j.= 150 pond. Wordt betaald per pond 1 st.[12]

1682: Peter Bertels, 1 vst.

1688-1702: De ontvanger der ecclesiastique goederen van Kampen ontvangt vanwege de Bovenkerk uit Coop Cnelisgoet jaarlijks een uitgang van 7« Gg., te betalen met 10.10 Cg. Dit wordt betaald met 9.15 Cg.; betalers Herm Thijssen Beuker in Blokzijl van 1688-1701; in 1702 de mombers over de kleinkinderen van de ovl. Beuker te Vollenhove.[13]

1688-1703: De ontvanger der ecclesiastique goederen van Kampen ontvangt vanwege het Weeshuis uit Claas Coopsgoet een uitgang van 4« Gg. = 6.06 Cg., wordt betaald met 5.17 Cg. Als betalers worden vermeld 1688-1693 Willem Clasen; 1694 Albert Clasen en van 1695-1703 Peter Hoegen. [De uitgang heeft zeer waarschijnlijk betrekking op één van de volgende percelen: B 21 Uiterdijk of B 30 Thomassen of B 104 Kerkestukje of B 107 Twee Mat van Kleisje.[14]

1688-1703: uit Claas Coopsgoet, nu Cornelis Herms Ysvogel, nu Jan Alberts, nu Herm Cnelis Ysvogel als meijer en eigenaar, nu Jacob Cnelis eigenaar, nu Pelle Cnelis ontvangt de ontvanger der ecclesiastique goederen van de stad Kampen vanwege het Weeshuis jaarlijks een uitgang van 7« Gg. = 9.15 Cg. Als betalers worden vermeld van 1688-1690 Jan Alberts; 1691 Herm Cnelis ; 1692-1694 Jacob Cneelis; 1695-1696 Jacob Meinen en Jacob Cnelis; 14.05.1697 over 1696 Jan Peters, Pelle Cnelis en Jacob Cnelis; 1701 Jan Peters; 1703 Simon Cnelis als ergenaam van Hermen Jacobs.[15]

1692: In de jaren 1692-1742 ontvangt het St. Geertruids- en Catharinagasthuis te Kampen p.j. 5.8 Cg. op pasen gaande uit het erve Claas Coops. Betaald 1692-1701; door de overstroming in 1702 is er tussen 1702-1710 31.5 Cg. ontvangen. Van 1711-1727 weer het oude bedrag; van 1728-1742 5.17 Cg.; er is geen naam van de betaler bijgeschreven.[16]

1694: no. 19: Peeter Bartholds gebruikt land Beucker te Blokzijl behorende; 750/2.5 Cg.

1701: no. 19: Peeter Bartholds, 2.10 Cg.

1707: dbno. 9, 11: Henrickien Jacobs.

22, 25: de erfgen. Beucker.

26: Symen Cornelis en wed. Gerrit Peters.

27: Hollegraafs erfgen., Jacob Jansen, Aaght Hoegen.

1712: Peter Bertels, restant 68 Cg.

1712: -

1713: 24.11.1713; Vanwege ledigstaan van het huis van Peter Bartholds over de jaren 1710-1712 vindt er een remissie van het vuurstedengeld plaats à 18 Cg.[17]

1716: 31.12.1716; De diaconie heeft de huur van het doodlaken ontvangen van Peter Bartholds.

1717: geen vermelding.

1723: -

1725: -

1726: 31.01.1726; De schoolmeester van Blankenham ontvangt jaarlijks een uitgang uit dit erve. De betaler, volgens het oude kohier, Jacob Jansen IJsebrants Jacob met 36 st.[18]

1730-1803: Het Landrentambt van Vollenhove ontvangt p.j. op Allerheiligen uit Jan Gerrits en Peter Kempen op de Landgraftsziel een uitgang van twee vierendeele boter en 150 pond keesen. Dit wordt betaald met 47.10 Cg. Betalers Jan Peters c.s. circa 1750 Jan Egberts, de diaconie van Blankenham, Roelof Lucas Veldhuis en Willem de Graaf. De uitgang van 150 pond keesen wordt einde 17e/begin 18e eeuw betaald door Peter Hoegen en de kinderen van Gerrit Hoegen met 1 st. per pond, later door de diaconie te betalen. In 1802 [zie aldaar] wordt de uitgang als perceel 81 verkocht.[19]

1733/1737: Het huis van Peter Bertels is afgebroken of weggespoeld.

- Het huis van het erve Peter Lubberts is weggespoeld of afgebroken. Het bijbehorende land is in de jaren tussen 1712-1733 opgedeeld tussen de erven Klaas Koops/Beukers en het Jacob Hillebrandserve.

1736: 20.11.1736; Jan de Wit, schout van Giethoorn, en hv. Aaltje van Ceulen verkopen aan Hendrik Gerrits Molenaar en hv. te Amsterdam de Claas Coops of Halfgraafsweyde, gr. 8 dm. [B 104-107], die zij voor enige jaren van Holgraafs erfgen. hebben gekocht. Het land wordt gebruikt door de wed. Jan Jansen Hollander en is bezwaard met een uitgang aan de stad Campen van 5.17 Cg. p.j. Tevens verkopen zij een perceel Tomesweyde [B 34-35] die zij hebben gekocht van Jacob Clasen Mastenbroek en gebruikt door Jacob Jansen Pees en bezwaard met een uitgang van 10 Cg. p.j. aan de stad Campen. Beide percelen liggen in het Noordeinde van Blankenham en de verkoopprijs voor beide percelen samen is 1000 Cg.[20]

1736: 27.12.1736; Marten Douwes en hv. Wijntje Jans verkopen aan Hendrik Gerrids Molenaar en hv. Nieltje Cornelis de Zee te Amsterdan een stuk land aan de Nieuwe Dijk gelegen [B 101-103], strekkende van de Zee tot aan de Weteringe, ten N. en ten Z. de aankopers voor 700 Cg. en 2 zilveren ducatons. Het land is bezwaard met een uitgang van 24 Cg. p.j. aan de Geestelijkheid van Campen. Marten Douwes heeft het land in het verleden aangekocht van Gerrids Pieters.[21]

1737: 02.06.1737; Volken Gerrids Baas verkoopt aan Hendrik Luiten ten profijte van diens neef Hendrik Gerrids Molenaar en hv. Neeltje Cornelis de Zee te Amsterdam een welgelegen erve lands zonder huis in het Noordeinde van Blankenham, in de verponding gen. Claas Coopserve of vanouds Beukerserve. Het erve ligt recht tegen de Nieuwe Dijk strekkende van de dijk tot aan de gracht, belend ten N. door de erfgen. van Symen Cornelis Brouwer, Marten Douwes en Jan Peters Backer c.s. en ten Z. Marten Douwes en Jacob Jansen c.s. [B 80-88, 92, 96-100]. Het erve is 26 à 27 dm. groot en bezwaard met een jaarlijkse uitgang aan de stad Campen van 20 Cg. en een uitgang aan de schoolmeester van Blankenham van 1.16 Cg. p.j. De verkoopprijs bedraagt 1900 Cg.[22]

1743-1816: In deze jaren ontvangt het St. Geertruids- en Catharinagasthuis te Kampen p.j. 5.17 Cg. op pasen gaande uit het Claas Coops Goed. Betalers modo Hendrik Luiten, modo Willem Pellen, modo Hendrik Beld c.s.[23]

1750: Hendrik Gerrits [Molenaar], Amsterdam, 700 Cg.

1758: Hendrik Gerrits Molenaar, Amsterdam, 700 Cg.

1758: dbno. 9, 11, 22, 25: Hendrik Gerrits Molenaar te Amsterdam.

26: Hendrik Gerrits Molenaar c.s.

27: Hendrik Gerrits Molenaar en Jan Wagter.

1762: 12.11.1762; Cornelis Hendriks Molenaar c.s. verkopen aan Willem Pellen en hv. een stuk land, gen. Claas Coops of Hollegraafsweide, gr. 8 dm., [B 104-107] belend ten O. de Wetering, ten W. de dijk, ten N. de wed. Willem Hoegen en Cornelis Hendriks [Doot] en ten Z. de diaconie c.s. Het land is bezwaard met een jaarlijkse uitgang aan het Geertruida- en Catharinagasthuis te Campen van 5.17 Cg. en 8 Roe zeedijk op no. 27 .

Alsmede een stuk land, gen. Tomas Voor- en Agterweyde, gr. 4 dm. [deel van B 30-34] belend ten O. de Wetering, ten W. de dijk, ten Z. de wed. Willem de Graaf c.s. en ten N. de wed. Pelle Cornelis, Claas Jansen Vollenhove en Albert Jacobs Pees. Het land is bezwaard met een jaarlijkse uitgang aan de Geestelijkheid van de stad Campen van 10 Cg. en 8 Roe zeedijk op no. 9 en 11. De verkoopprijs voor beide percelen samen is 500.5 Cg.

- idem; Molenaar c.s. verkopen aan de wed. Willem Hoegen en Cornelis Hendriks een erf zonder huis, gen. Claas Coops of Beukers bestaande uit 27 dm. land en wat rietland en putten [B 82-83,89,92,96-100]; belend ten O. de Graft, ten W. de Zee, ten Z. aankopers en Mr. Jan Wagter, de wed. Willem de Graaf c.s. en ten N. Jan Hendriks Pees en de wed. Marten Douwes voor 1000 Cg. Het erve is bezwaard met een jaarlijkse uitgang aan de Geestelijkheid van Campen van 20 Cg. en een uitgang van 1.16 Cg. aan de schoolmeester van Blankenham en met 13 Roe zeedijk op no. 22 en 25.

- idem; Molenaar c.s. verkopen aan de wed. Willem Hoegen en Cornelis Hendriks een stuk land, gen. Peter Lubbertsland, gr. 6 dm. [B 101-103], belend ten O. de Wetering, ten W. de Zeedijk, ten Z. Willem Pellen en ten N. de aankopers voor 425 Cg. Het land is bezwaard met een jaarlijkse uitgang aan de Geestelijkheid van Campen van 24 Cg. en 7 Roe zeedijk op no. 26.[24]

1764: 14.12.1764; Cornelis Hendriks en Thijs Alberts zijn als collecteur van de verponding aangesteld. Als onderpand voor de opbrengst stellen zij o.a.:

1) een erve lands zonder huis, gen. Claas Coops of Beukers, groot 27 dm. en wat rietland.

2) 6 dm. land, gen. Peter Lubberts.[25]

1775: 20.06.1775 en 26.10.1777; De uitgang aan de schoolmeester uit dit erve wordt nu betaald door de wed. Willem Hoegen en de wed. Hendrik Luyten van het door hen aangekochte land. De uitgang bedraagt een bedrag van 1.16 Cg. p.j.[26]

1777: dbno. 9, 11: Willem Pellen c.s.

22, 25, 26: wed. Willem Hoegen c.s.

27: Jan Wagter c.s.

1777-1806: Het Grootburgerweeshuis te Kampen ontvangt p.j. op Pasen een uitgang van 9.15 Cg. gaande uit Claas Coopsgoed in den Blankenham, modo Jan Jansen Pees en Willem Pellen.[27]

1785: dbno. 9, 11: Pelle Willems, Harm Beld, Jacobje Willems.

22, 25: Thijs Alberts.

26: Thijs Alberts c.s., Otto Bramer c.s. en Oelke Foekes.

27: Pelle Willems, Harm Beld, Jacobje Willems, Jannes Wagter.

1786-1839: De Bovenkerk te Kampen ontvangt jaarlijks een uitgang uit twee erven in het Noordeinde van Blankenham, gen. de goederen van Coop Cornelissen; betaler wed. Hendrik Luiten met 5 Cg. p.j. Betaler van 1786-1825 Thijs Alberts; van 1826-1828 door de wed. Thijs Alberts; van 1829-1838 door Meine Klazen van Veen. In 1839 door Meine van Veen voor fl. 100,- afgekocht.[28]

1802: 28.12.1802; De uitgang aan het Landrentambt van Vollenhove gaande uit het land bij de Landgraftsziel bestaande uit 2 vierels boter en 150 pond kaas, wordt betaald met 47.10 Cg., is op 04.11 op de veiling van de provinciale domeinen als perceel 81 verkocht aan Jan Teding van Berkhout voor de somma van 1030 Cg.[29]

1804: dbno. 9, 11: Pelle Willems, Harm Beld, Jacobje Willems.

22, 25: Thijs Alberts.

26: Thijs Alberts en Jan Glastra c.s.

27: Harm Beld c.s. en Jannes Wagter.

1804-1807: De afkooppenningen voor de dijkplichtigheid worden voor no. 9 en 11 door Pelle Willems betaald, voor no. 22, 25 en 26 door Thijs Alberts en voor no. 27 door Jannes Wagter.

1807: Pelle Willems, eigenaar van los land, bestaande in 2 dm. h. en w. land, 1 dm. Tomassen, 1 dm. Tomassen en Putten en 1/3 van een hoekje Uitterdijk.

- idem; Thijse Alberts, 1½ dm. h. en w. land zijnde 4 stukjes en 8 dm. h. en w. land alsmede een vergraven huisplaats. Deze vergraven huisplaats is op 07.06.1807 overgeboekt op Joh. Wagter.

- idem; Johannis Wagter eigenaar van 6 dm. Toomissenlandt achter de nieuwe dijk en 6 dm. eveneens achter de nieuwe dijk.

- idem; Harm Beld c.s., tussen no. 38 en 39, 4 dm. h. en w. land en voorts enig buitendijks land waarvan de grootte niet kan worden bepaald, 2 dm. gen. een stukjen Tomassen, 2 dm. dito gen. Putten en 2/3 van een hoekje buitendijks land.

1807-1823: zie 1777-1806; nu Jan Wagter en Willem Pellen.[30]

1809: 15.11.1809; De uitgang aan de schoolmeester uit dit erve wordt nu betaald door Tys Alberts met 1.16 Cg.[31]

1812: 20.02.1812; uit Elsingsgoed ontvangt de stad Kampen p.j. op Martini een uitgang van 14.6 Cg. t.l.v. Harmen Beld c.s.

- idem; uit Grietje Petersgoed en erve te Blankenham ontvangt de stad Kampen p.j. op Pasen een uitgang van een vat boter te betalen met 18.21.Gg. en in geld 6.4 Gg., in totaal 34.05.8 Cg. t.l.v. Thijs Alberts.

- idem; uit wijlen Br. Beukers en Neel Jan Ottengoed ontvangt de stad Kampen p.j. op Pasen een uitgang van 6 Cg. t.l.v. Th. Alberts.[32]

1817: 21.03.1817; Pelle Willems de Lange verkoopt een stuk land, gen. de Hollanderweide, gr. 4 dm. [B 22-25] voor fl. 800,- aan Dirk Kortenhorst en H. Kroes. Het perceel wordt belend ten N. J.H. Donker, ten O. en Z. de diaconie en ten W. de Zeedijk.[33]

1817: 11/18.12.1817; De stad Kampen verkoopt de uitgang uit Elsingensgoederen t.n.v. Harm Beld; betalers H. Beld fl. 4,36, Joh. Wagter fl. 5,58 en Pelle Willems fl. 4,36, totaal fl. 14,30 p.j. aan Jan de Lange op 't Zand bij Vollenhove voor fl. 225,55.

- idem; De stad Kampen verkoopt de uitgang uit Grietje Peterserve t.l.v. T.A. van Dijk met fl. 24,- en Jan Hartmans Donker met fl. 10,27½, in totaal dus fl. 34,27½ aan Willem van Gulik voor fl. 539,-.

- idem; De stad Kampen verkoopt de uitgang uit Beukeneel en Jan Ottens-goed t.l.v. T.A. van Dijk, groot fl. 6,- p.j. aan Van Dijk voor een somma van fl. 100,05.[34]

1819: 30.10.1819; Akte van scheiding tussen Sijtje Wagter, hv. van Sake Klazen van Veen, Marrigje Wagter, hv. van Roelof Kok, Grietjen Wagter, hv. van Geert Alberts Koopstra, Femmigje Wagter, hv. van Jacob Barsma, Jan Wagter, Geesjen Wagter en en Koopjen Wagter als kinderen en erfgen. van Johannes Wagter en Geertjen Koopen Broer, alle wonende te Blankenham:

De nalatenschap bestaat o.a. uit de navolgende onderdelen:

12) 6 dm. land onder Blankenham [B 119, de Groote Kamp, Elsingsgoed] bezwaard met een jaarlijkse uitgang van fl. 3,57; waarde fl. 900,-.

- Femmigjen Wagter krijgt de no. 11-13; waarde fl. 4250,-.[35]

1819/1820: Er is een nieuw erve gebouwd, ver landinwaarts gelegen, dat is samengesteld uit het oude Klaas Koops/Beukerserve en de delen van het Jacob Hillebrandserve en erve Sloets/Sandhorst in eigendom van Thijs Alberts van Dijk; zie verder onder dit nieuwe erve.

1823: 13.12.1823; Pelle Willems de Lange verkoopt de ½ van een stuk land, gen. de Thomassen, gr. 1½ b. [B 30] voor fl. 150,- aan Roelof Hendriks Kok. Het perceel wordt belend ten N. door de diaconie en Albert Pees, ten W. en Z. de erfgen. van Jan Wagter en ten O. de wed. Veldhuis. De andere helft is eigendom van de erfgen. Harmen Beld.[36]

1824-1825: zie 1777-1806; nu J.H. Donker en Harmen Beld, nu vervallen à fl. 9,75. In 1827 heeft Wybe Rommerts Brandsma deze uitgang van het Grootburgerweeshuis gekocht.[37]

1825: 23.04.1825; Hendrik, Willem en Luite Pellen de Lange verkopen een stuk groenland, gen. de Putten, gr. 1 b.70 r. [B 105-106] aan Johan Werfelman voor fl. 400,-. Het perceel wordt belend ten N. en O. door J.H. Donker, ten Z. de diaconie en de wed. Veldhuis en ten W. de Zeedijk.[38]

1827: Memorie inzake de gemaakte scheiding van de betaling van de jaarlijkse uitgangen, tevoren door H. Beld betaald en nu door de diaconie, de wed. Van Dijk en M. van Essen, gaande uit het erve [Ripperda/ Otto van Rechteren op no. 28]: o.a. de volgende uitgangen worden genoemd: aan Jan de Lange fl. 5,35; aan het Geertruidengasthuis te Kampen fl. 5,85.[39]

1828: In de jaren 1828-1836 ontvangt het St. Geertruids- en Catharinagasthuis te Kampen p.j. fl. 5,85 op pasen gaande uit Klaas Koops Goed .Eigenaar en betaler de wed. H.B. Ham te Blankenham [!]; 1828-1836 J.H. Donker.[40]

1829: 29.04.1829; Akte van scheiding en deling tussen Marrigje Joh. Donker, hv. van Meine van Essen, Jacobje van Essen, dr. van Barteld van Essen en wijlen Sijtje Joh. Donker enerzijds en Hendrik, Femmigje, Klaas en Geesje Thijssen van Dijk als kinderen en erfgen. van Thijs Alberts van Dijk en Jacobje Jans [Mensen] anderzijds van het mandelige Beld erve op no. 28.

Het erve bestaat uit o.a. de navolgende met name genoemde percelen:

7) een stuk land, de tomassen Putten, gr. 1 b., waarde fl. 150,- [B 34].

17) een stuk land, de putten bij Groen, gr. 1 b., waarde fl. 150,- [B 104].

18) een stuk land, bij Meine, gr. 1 1/3 b., waarde fl. 200,- [B 107].

19) de helft van een stuk land, Tomas drie, mandelig met Roelof Kok, waarde fl. 125,- [B 30].

20) het buitenland van de Putten, gr. 2/3 b., waarde fl. 100,- [B 21].

Het erve is belast met de o.a. de volgende jaarlijkse uitgang:

e) aan het Geertruidengasthuis te Kampen à fl. 5,85.

Marrigje Donker en Jacobje van Essen verwerven de nummers 1-9 en de te betalen uitgangen a-c. De erfgen. Thijs Alberts van Dijk verwerven de nummers 10-20 en de te betalen uitgangen d-g.[41]

1843: 18.04.1843; De erven Jan de Lange verkopen het erve aan de Lageweg te IJsselham. De eigenaar ontvangt o.a. de volgende uitgangen:

22) uit Elsingsgoed t.n.v. Harm Beld en de diaconie van Blankenham à fl. 5,36 p.j.; gekocht door Teunis Pals op last van de diaconie voor fl. 70,-.

23) uit Elsingsgoed t.n.v. Pelle Willems, nu de erven van Dr. Werfelman à fl. 5,36 p.j.; gekocht door Andries Bouman voor de somma van fl. 60,-.

24) uit Elsingsgoed t.n.v. de erven Jannes Wagter, nu de erven Dirk Kortenhorst à fl. 3,58 p.j.[42]

1847: 23.01.1847; de diaconie koopt de jaarlijkse uitgang van fl. 47,10 gaande uit vier stukken land op de Landsgrachtziel ten gunste van Jan Meutstege af voor de somma van fl. 950,-.[43]

Al het land van dit erve dat in eigendom was van Thijs Alb. van Dijk, is in 1819 samengevoegd met landerijen van het Jacob Hillebrandserve, het Klein Jacobserve en erve Sandhorst/Sloetserve, ook in eigendom van Van Dijk. In perceel B 85 is een nieuwe boerderij gebouwd; zie aldaar.


[1] K. Heeringa, ed., Rekeningen van het bisdom Utrecht 1378-1573 1e deel Rekeningen over het wereldlijk gezag van den bisschop; 2e stuk Rekeningen van het Oversticht (Utrecht 1926), 683.

[2] HCO, SA 2924 inkomsten fol. 3: 1595 [de rekening loopt over de jaren 1592-1594].

[3] idem, SA 2926-2930 inkomsten fol. 3: 1601-1626/1627.

[4] idem, SA 2930-2933 inkomsten fol. 3: 1627/1628-1644/1645.

[5] idem, SA 2933-2938 inkomsten fol. 3: 1645/1646-1672/1673.

[6] GAK, OA 1881: 1646-1657.

[7] idem, OA 1882: 1657-1660.

[8] GAK, OA 1884 no. 13/59: 1670-1688.

- OA 1885 no. 13/59: 1684-1689.

- OA 1886 no. 13/59: 1684-1703.

[9] Old., OAY 623 fol. 2 no. 10: 1666/1667.

- HCO, SA 3200: 1669.

[10] GAK, G 266 fol. 37: circa 1670.

[11] idem, OA 1884 no. 44: 1670-1688.

- OA 1885 no. 44: 1684-1689.

- OA 1886 no. 44: 1684-1703.

[12] HCO, SA 2938-2968 inkomsten fol. 3: 1676/1677-1803.

[13] GAK, OA 1887 no. 30: 1688-1702.

[14] idem, OA 1886 no. 4: 1688-1703.

[15] idem, OA 1887 no. 21: 1688-1703.

[16] idem, G 218 fol. 94: 1692-1742.

[17] HCO, OAY 288: 24.11.1713.

[18] HCO, HGB 1: 31.01.1726.

[19] idem, SA 3978 fol. 55: circa 1730-1803.

[20] idem, RA K./B. 2898 fol. 33: 20.11.1736.

[21] idem, fol. 37vo.: 27.12.1736.

[22] idem, fol. 41vo.: 02.06.1737.

[23] GAK, G 219 fol. 95, idem, 1743-1816.

[24] HCO, RA K./B. 2898 fol. 325vo-326vo.: 12.11.1762.

[25] idem, fol. 351: 14.12.1764.

[26] idem, HGB 1: 20.06.1775 en 26.10.1777.

[27] GAK, W 27 fol. 9: 1777-1806.

[28] GAK, HGK 91 fol. 39: Legger goederen Bovenkerk: 1788.

[29] HCO, SA 6014: 28.12.1802.

[30] GAK, W 27 fol. 92: 1807-1823.

[31] HCO, HGB 1: 15.11.1809.

[32] GAK, OA 400: 20.02.1812.

[33] HCO, Notarissen 2502 akteno. 161/166: 21.03.1817.

[34] GAK, NA 2654 no. 35, 24, 26: 11/18.12.1817.

[35] HCO, Notarissen 2504 akteno. 485: 30.10.1819.

[36] idem, 2508 akteno. 914: 13.12.1823.

[37] GAK, W 27 fol. 92: 1824-1825.

[38] idem, 2689 akteno. 981: 23.04.1825.

[39] HCO, HGB 188: 1827.

[40] GAK, G 220 fol. 46, idem, 1828-1836.

[41] HCO, Notarissen 2514 akteno. 1399: 29.04.1829.

[42] HCO, Notarissen 4185 akteno. 1775/1777: 18.04.1843.

[43] idem, HGB 190: 23.01.1847.