Naam van de boerderij: geen naam bekend.

Huisnummer 1807: 54

Huisnummer 1826: 44

Huidig adres: Lageweg 4

Huidige bewoners: Fam. E.J. de Boer (1989), K. Oosterbeek (2004), Fam. D. de Haan

Ligging: Drie/Vierhuizen

Kadastrale ligging 1832: A 197>315

Dit erve is tussen 1819-1822 nieuw gebouwd.

1817: 11/18.12.1817; De stad Kampen verkoopt de uitgang uit Klaas Teunisgoederen t.l.v. Berend Slot te Meppel à fl. 13,- p.j., voor fl. 201,- aan Dirk Kortenhorst.[1]

1819: 30.10.1819; Akte van scheiding tussen Sijtje Wagter, hv. van Sake Klazen van Veen, Marrigje Wagter, hv. van Roelof Kok, Grietjen Wagter, hv. van Geert Alberts Koopstra, Femmigje Wagter, hv. van Jacob Barsma, Jan Wagter, Geesjen Wagter en Koopjen Wagter als kinderen en erfgen. van Johannes Wagter en Geertjen Koopen Broer, alle wonende te Blankenham:

De nalatenschap bestaat uit de navolgende onderdelen:

11) 11 dm. land de Bloemsweide [A 195, 200], bezwaard met een jaarlijkse uitgang van fl. 26,- aan A.C. van Plettenberg te Vollenhove; een uitgang van fl. 1,10 aan de schoolmeester van Blankenham en het sworenschap van Het Rondebroek; waarde fl. 2650,- [Van Ittersumserve].

12) 6 dm. land onder Blankenham [B 119, de Groote Kamp/Elsingsgoed], bezwaard met een jaarlijkse uitgang van fl. 3,57; waarde fl. 900,-.

13) 8 dm. land Breemaat [B 177-179]; waarde fl. 700,-.

De totale waarde van de nalatenschap bedraagt fl. 29.750,-;

- Femmigjen Wagter krijgt de no. 11-13; waarde fl. 4250,-.[2]

1822: zonder no. , nieuw huis; Jacob Bersma, R<2jr.: 11; >2jr.: 10; P>3jr.1; S2; W2.

1822: 20.07.1822; Jacob Barsma en hv. Femmigje Wagter sluiten een hypotheek af; als onderpand stellen zij hun woonhuis in het Rondebroek op no. 54 en 11 dm. Bloemweide.[3]

1824: 21.08.1824; Cornelis Alberts Koopmans te Kuinre verkoopt de Gildekampe, gr. 4 b. aan Jacob Bersma voor fl. 1200,-. Het perceel wordt belend ten O. door de erfgen. R.W. Brandsma, ten N. en W. B. Slot c.s. en ten Z. J.P. Glastra c.s. Koopmans heeft het perceel geërfd van zijn oom Tymen Heinen Koopmans.[4]

1824: 01.11.1824; Jacob Barsma en hv. Femmigje Wagter sluiten een hypotheek af bij P.C.A. Sichterman te Zwolle, groot fl. 3000,- à 4½%. Als onderpand stellen zij hun woonhuis, erve en schuur op no. 54, alsmede de Bloemweide, gr. 8 b., 3½ b. mede aldaar gelegen weideland, een stuk land, gen. de Bremaat, gr. 4.96 b. of 8 dm. en een stuk land, gen. de Gildekampe, gr. 4 b.[5]

1824: 15.11.1824; Royement van de akte van 20.07.1822.[6]

1824: 17.11.1824; Jan Loos te Blokzijl geeft toestemming tot royement van de akte d.d. 26.02.1821 t.l.v. Jacob Barsma en hv. onder verband van de Breemaat.[7]

1825: J. Barsma, veeh., eig.; verdr.vee: R22; P1; S1; schade verdr. vee fl. 1286,-; schade huis, inb., ger. fl. 2600,-; oppervl.ov.land 19B. Totale schade fl. 4036,- (verg.fl. 1255,-). Het huis is totaal vernield.

1826: 27.05.1826; Jacob Barsma en hv. Femmigje Wagter sluiten een hypotheek af bij P.C.A. Sichterman te Zwolle, groot fl. 500, à 5%. Als onderpand stellen zij hun huis en erve op no. 54 alsmede een stuk land, gen. de Gildekampe.[8]

1828: 08.02.1828; Dirk Kortenhorst verkoopt aan Wybe Rommerts Brandsma de navolgende percelen:

1) ¾ part van een stuk land, gen. de Ossekamp, gr. 2 b. 50 r., belend ten N. R. Kok, ten O. het 2^e perceel, ten W. de erfgen. van Berke van der Bult en ten Z. de diaconieën van Kuinre en Blankenham [het zal hier waarschijnlijk om perceel A 151 gaan; de belendingen zijn niet correct].

2) Het Eerdenland en Biestenstuk, gr. 6 b., belend ten N. de erfgen. Jan Wagter en Hr. Kroese, ten W. de erfgen. B. v.d. Bult en de wed. Agterberg en het 1^e perceel, ten O. en Z. de diaconie en het Carspel Blankenham [A 160].

3) ¾ part van een stuk land, gen. de Carspelsweide, gr. 2 b., belend ten O. R. Kok, ten Z. de zeedijk, ten W. het Carspel en ten N. [niet genoemd; het betreft hier Jacob Hillebrandsvoorweide A 174]. Geesje Wheda bezit ¼ part in dit perceel. Kortenhorst heeft deze drie percelen voor fl. 2600,- gekocht van de kinderen van Ynze Wheda.[9]

1828: 15.02.1828; Jacob Barsma en hv. Femmigje Wagter verkopen uit de hand aan Dirk Kortenhorst hun huis, schuur en wurf in het Rondebroek op no. 54 met de Bloemweide en de Gildekampe in het Rondebroek en een stuk weideland onder Blankenham [de Grote Kamp, B 119] voor fl. 4400,-.[10]

1828: 15.02.1828; Jacob Barsma en hv. Femmigje Wagter huren m.i.v. 01.05.1828 voor 6 jaar à fl. 340,- p.j. van D. Kortenhorst het geen zij heden aan Kortenhorst hebben verkocht.[11]

1828: 22.02.1828; Royement van de akte van 27.05.1826 t.l.v. wijlen Jacob Barsma en wijlen Femmigje Joh. Wagter.[12]

1828: 28.04/02.05.1828; De erfgen. van J.H. Barsma en F.J. Wagter verkopen de Bremaat, gr. 5 b. aan Geert Alberts Koopstra voor fl. 475,-.[13]

1828: 22.09.1828; Wybe R. Brandsma verkoopt aan D. Kortenhorst voor fl. 800,- ¾ part van Jochem Simens Binnenuiterdijk, gr. 1 b.30 r., gelegen onder Kuinre, belend ten O. het Kleine Stukje en de Olde Kuinre, ten N. het Bruggenland en ten Z. de Zeedijk. Geesje Wheda bezit ¼ part in dit perceel.[14]

1829: 27.03.1829; Wybe R. Brandsma verkoopt aan D. Kortenhorst voor fl. 600,- 5/18 part van Jochem Simens Buitenuiterdijk.[15]

1830: 22.01.1830; Sake Klazen van Veen, landbouwer te Noordwolde verkoopt o.a. het volgende perceel:

2) een perceel, gen. het Tipstuk, gr. 1¾ b., belend ten N. W.R. Brandsma, ten O. de erven H. Hollander, ten Z. de Lageweg en ten W. de wed. Roelof M. Meinen zegge de wed. Marten M. de Vries [A 222]. Dirk Kortenhorst koopt dit perceel voor fl. 620,-.[16]

1830: 27.01/17.02.1830; Berend Slot c.s. verkopen het erve aan de Lindedijk op no. 34 bestaande uit o.a. het volgende perceel:

2) 4 b. groenland gelegen achter perceel 1 c; voor fl. 1800,- [A 111]. Dit nummer wordt verkocht aan Dirk Kortenhorst.[17]

1832: Huis en erve van Dirk Kortenhorst, koopman te Kuinre.

1836: 06.02.1836; Na het overlijden van Gesina Jagtman, e.v. Dirk Kortenhorst wordt er een inventaris opgemaakt. De volgende onroerende goederen worden o.a. vermeld:

Huis en erve in het Rondebroek te Blankenham, meijer Jan de Boer, gr. 24.4.60 ha.; het erve bestaat uit de volgende percelen:

1) A 197 [huis en erve].

2) A 119 [het Achterland].

3) A 188 [de Acht Dagmat].

4) A 189, 190 [de Gildekamp].

5) A 195 [Jan Bloemsweide].

6) A 198

7) A 201 [de helft van Jacob Jansen Achterland].

8) A 222 [een deel van het Tipstuk/de Scherpekamp].

Het erve heeft een waarde van fl. 6156,60.

Voorts nog de volgende losse percelen in het Rondebroek en het

Noordeinde die niet tot dit erve behoren:

1) A 110 De Zeeven, waarde fl. 1517,-.

2) A 111 De Vier, waarde fl. 656, 80.

3) B 95 De Anderhalf, waarde fl. 145,-.

Tevens een uitgang gaande uit de Thomassen te Blankenham à fl. 13,- op Pasen ieder jaar met een waarde van fl. 260,-.[18]

1837: 22.06.1837; Na het overlijden Dirk Kortenhorst wordt er een inventaris opgemaakt. Dit erve heeft nu een waarde van fl. 9130,60. Of hier ook de waarde van de losse percelen is bijgeteld, is mij onbekend.[19]

1840: no. 44; Jan K. de Boer, geb. Scherpenzeel 36 jr. veehouder,

Petertje Y. Oosten, geb. Spanga 32 jr., 7 pers.

1849: 04.12.1849; Klaas Harms Pen te Spanga koopt van J.W. de Ruiter en Kornelis Jetten Nieuwenhout perceel A 111 in het Rondebroek voor de somma van fl. 800,-. Het perceel is bezwaard met een algemeen voetpad/recht van overpad.[20]

1864: [21].